De NMv krijgt als belangenvereniging voor het gehele mediation werkveld met enige regelmaat vragen over waar en waarom men zich zou moeten willen laten registreren dan wel certificeren. Strikt genomen is een registervermelding momenteel niet noodzakelijk om het beroep van mediator uit te kunnen oefenen. Wil de mediation-professional echter ook zaken op toevoeging onder het stelsel van de gefinancierde rechtsbijstand verrichten dan is een dergelijke registratie wel vereist. De NMv zet zich in om registers die een kwaliteitssysteem garanderen door het stelsel gefinancierde rechtsbijstand erkend te krijgen. Het belang voor de mediator om tot inschrijving/certificering te komen door, en in, een register is noodzakelijk om meerdere redenen:

• Zodat het handelen/nalaten van de mediator valt onder een vorm van toezicht;
• Zodat de cliënt van de mediator objectief vast kan stellen dat de mediator aan kwaliteitseisen voldoet;
• Zodat de cliënt van de mediator de mogelijkheid heeft om het handelen/nalaten van de mediator voor te leggen aan een klacht/tuchtinstantie

De NMv zet de verschillen tussen deze particuliere registers daarom even op een rij. Het MfN-register en het ADR-register zijn het meest bekend. Beide voeren een register voor mediators, maar er zijn een aantal verschillen tussen de twee met betrekking tot erkenning, kwaliteitsborging/ toepassingsgebied.

Toezicht en kwaliteitsborging: Het MfN-register wordt beheerd door de Mediators federatie Nederland. Om ingeschreven te zijn in dit register, moeten mediators voldoen aan door het MfN ontwikkelde kwaliteitsnormen, waaronder opleidingseisen, permanente educatie, intervisie (leren van collega’s), en het volgen van gedragsregels voor mediators.

Erkenning: het MfN-register is aangewezen door de Raad van de Rechtsbijstand in haar inschrijfvoorwaarden om in aanmerking te kunnen komen voor gefinancierde rechtsbijstand. In veel gevallen wordt door rechtbanken gevraagd om een mediator uit het MfN-register. Echter: niet alle gespecialiseerde mediators zijn voorhanden omdat deze zich elders hebben laten registreren/certificeren.

Klachtenregeling en tuchtrecht: mediators in het MfN-register vallen onder een klachtenregeling en tuchtrecht, wat betekent dat partijen een klacht kunnen indienen als ze niet tevreden zijn met de werkwijze van de mediator.

Nationaal en Internationaal karakter: het ADR-register heeft zowel een nationaal als ook een internationaal karakter en richt zich op het certificeren van professionals die bemiddelen in geschillenbeslechting, zowel nationaal als internationaal. Het register is ook buiten Europa actief. Ook het ADR is een private organisatie die mediators certificeert op basis van een breder kader van geschillenbeslechting (ADR-methoden). Naast mediation omvat het register ook arbitrage en andere vormen van conflictbemiddeling. Zo faciliteert ADR-register zgn. Dispute Boards voor bedrijven, instellingen en andere organisaties die per project of regeling eventuele geschillen buiten de wettelijke mogelijkheden om willen afdoen. Het ADR-register is ISO 9001:2015 gecertificeerd en staat onder toezicht van het ICC (International Certification Council).

Toetredingsvereisten: de toelatingseisen voor het ADR-register zijn gelijk te stellen aan die van het MfN-register. ADR-mediatortraining is vereist, naast permanente educatie (CPD) en toetsing.

Erkenning: Een ADR-register erkenning kan internationaal van pas komen, vooral in grensoverschrijdende conflicten. Het ADR-register valt onder de verwijsvoorziening van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint-Maarten en van Bonaire, Sint-Eustatius en Saba. M.a.w. ADR gecertificeerde mediators die werkzaam zijn op de Cariben vallen wel onder het stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand. Het ADR-register is door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn & Sport (VWS) geaccrediteerd als officiële WKKGZ-geschilleninstantie. WKKGZ staat voor Wet Kwaliteit Klachten Geschillen Zorg. Door het ADR gecertificeerde mediation professionals kunnen t.b.v. de Geschilleninstantie optreden als WKKGZ-klachtinformateur, mediator of arbiter.

Klachtenregeling en tuchtrecht: mediators in het ADR-register vallen onder een klacht en tuchtrechtregeling, wat betekent dat partijen een klacht kunnen indienen als ze niet tevreden zijn met de werkwijze van de mediator.

Het certificeringsproces voor de meeste typen IMI-certificering en -specialisatie zijn vergelijkbaar. IMI-certificering is voor ervaren mediators die ten minste 200 uur/20 mediations hebben voltooid, een onafhankelijk beoordeelde feedbacksamenvatting hebben en zijn beoordeeld als zijnde in het bezit van de vereiste mediationvaardigheden en -kennis .

Om je te kunnen inschrijven moet je wel een IMI Certified Mediator Training Program (‘CMTP’) hebben gevolgd. Hier zijn kosten aan verbonden die variëren per ‘CMTP’ opleider. De jaarlijkse bijdrage is € 165,00.

Doelstelling: de Stichting faciliteert een publiek toegankelijk onafhankelijk register van mediators. Voorwaarde voor inschrijving is het met goed gevolg hebben doorlopen van een opleiding/training die ofwel door de MfN dan wel de SRM is erkend. Inschrijving bij de MfN is niet vereist. De SRM ziet mediation als een basishouding in combinatie met een collectie van interventies en technieken in te zetten bij het begeleiden van een of meer belanghebbenden. Mediation als gereedschap voor professionals in diverse disciplines en niet uitsluitend rondom juridische conflictsituaties. Het SRM erkent dan ook de specialisatie conflictcoach (zoals het ADR). Het register richt zich met name op mediators die niet binnen het systeem van de MfN (meer) wensen te functioneren dan wel een tweede erkenning door een register nastreven.

Hieronder geven wij de aanmeldprocedures voor zowel het MfN-register, het ADR-register en het SRM-register.

De Mediators federatie Nederland (MfN) stelt eigen eisen aan mediators die zich willen inschrijven in hun register. Hier zijn de stappen:

Stap 1: Basisopleiding mediation

Volg een basismediationopleiding: je moet een mediationopleiding hebben gevolgd die geaccrediteerd is door de MfN. De opleiding moet voldoen aan inhoudelijke en didactische eisen die de MfN stelt.

2: Theorie-examen

Examen: na het volgen van een mediationopleiding moet je een schriftelijk theorie-examen afleggen. Dit examen wordt afgenomen door Intop en test je kennis over mediationtheorie, conflictbeheersing, en juridische aspecten van mediation.

Stap 3: Praktijkexamen

Intop Live-assessment: na het behalen van het theorie-examen, moet je een praktijkexamen afleggen in de vorm van een live-assessment of een video assessment. Dit houdt in dat je tijdens een live simulatie of een video opname laat zien dat je een mediationproces kunt leiden volgens de MfN-normen. Het examen wordt beoordeeld door onafhankelijke examinatoren.

Stap 4: Aanmelding in het MfN-register

Inschrijving: als je zowel het theorie- als praktijkexamen met succes hebt afgerond, kun je je aanmelden voor inschrijving in het MfN-register. Hiervoor moet je voldoen aan een aantal voorwaarden, zoals:

• Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG);
• Aanvaarden van de gedragsregels voor mediators;
• Betalen van inschrijvingskosten.

Stap 5: Permanente educatie en intervisie

Blijven leren en ontwikkelen: na inschrijving ben je verplicht om je kennis en vaardigheden bij te houden. Dit omvat het volgen van jaarlijkse permanente educatie en het deelnemen aan intervisiebijeenkomsten om ervaring met collega’s te delen.

Het SRM-register kent drie registratievormen: basisregistratie, volledige-registratie, vermelding. Voor de basis of volledige registratie gelden de volgende eisen:

• Opgeleid tot mediator door een erkend opleidingsinstituut. MfN toets hoeft niet gedaan te zijn;
• In het bezit van een certificaat van het opleidingsinstituut en bereid om dit aan SRM te overleggen;
• Het naar eigen inzicht volgen van permanente educatie binnen het vakgebied waarin men werkzaam is en deze kennis en praktische ervaring in mediation ook te onderhouden.

Het verschil tussen de basisregistratie en de volledige registratie zit in de mogelijkheid tot het wel/niet gebruik maken van het klachtenreglement. Een enkele vermelding is mogelijk voor mediators die al geregistreerd of gecertificeerd zijn als mediator bij een van de registers en een vermelding als extra presentatie van hun dienstverlening wensen.

De toelating tot het ADR-register is te vergelijken met het MfN-register en richt zich zowel op mediation als op bredere vormen van alternatieve geschillenbeslechting. Hier zijn de stappen:

Stap 1: Opleiding in mediation of ADR

Opleiding of ervaring in ADR/mediation: je moet aantonen dat je kennis en vaardigheden hebt opgedaan op het gebied van mediation of ADR. Dit kan door middel van bewijsstukken van een erkende mediationopleiding, relevante werkervaring, of andere ADR-trainingen. Het ADR-register stelt minder specifieke eisen aan welke opleiding gevolgd moet worden, maar een basisopleiding mediation een voorwaarde. Ook het ADR-register accrediteert (basis-) opleidingen op basis van inhoudelijke en didactische eisen.

Stap 2: Beoordeling van je achtergrond

Toetsing en CV: bij het ADR-register dien je een cv en je beroepscertificaten/diploma’s in waarmee je aantoont dat je voldoende ervaring en/of opleidingen hebt op het gebied van mediation of ADR. Er kan ook gevraagd worden naar referenties of bewijs van ervaring.

Stap 3: Aanmelding in het ADR-register

Registratie-aanvraag: zodra je aan de basisvoorwaarden voldoet, kun je een aanvraag indienen voor certificering. Dit doe je online via de website. De toetsing vindt plaats aan de hand van objectieve internationaal erkende normen. Verder gelden er een aantal overige voorwaarden, zoals:

• Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG);
• Aanvaarden van de gedragsregels voor mediators;
• Betalen van inschrijvingskosten

Betaling van een registratietarief: er is een jaarlijkse bijdrage aan verbonden, die afhankelijk kan zijn van het land en de regio waarin je werkzaam bent.

Stap 4: Permanente educatie (CPD)

Optioneel, afhankelijk van de specialisatie: in tegenstelling tot het MfN-register zijn de eisen voor permanente educatie bij ADR minder strikt. Er is echter wel een vorm van jaarlijkse educatie vereist. Zo kwalificeren ook andersoortige activiteiten zoals bijvoorbeeld publicaties op het gebied van ADR/mediation.

Opleidingskosten

Erkende mediationopleiding: de kosten voor een geaccrediteerde mediationopleiding liggen gemiddeld op bedragen ongeveer €3.500,00. Dit omvat vaak zowel de theoretische als praktische aspecten van mediation.

Examenkosten

Theorie-examen: na de opleiding moet je het theorie-examen afleggen, wat €299,00 kost. Praktijkexamen (live-assessment): het praktijkexamen kost € 1.775,00. Dit is een live-assessment waarbij een mediator in een gesimuleerde mediation-situatie wordt beoordeeld.

Inschrijvingskosten

Jaarlijkse bijdrage MfN-register: zodra je bent geslaagd voor de examens, kun je je inschrijven in het MfN-register. De inschrijfkosten zijn € 205,00 en de jaarlijkse bijdrage is € 250,00 per jaar.

Kosten voor permanente educatie en intervisie

Permanente educatie (PE-punten): om ingeschreven te blijven in het MfN-register, moet je jaarlijks een aantal uren besteden aan permanente educatie (PE). Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van cursussen en trainingen, die tussen de € 500.00 en €1.000,00 per jaar kunnen kosten, afhankelijk van de inhoud en intensiteit van de trainingen.

Intervisie: deelname aan intervisiegroepen is ook verplicht. Deze kosten kunnen variëren, maar gemiddeld moet je rekenen op € 100,00 tot € 300,00 per jaar voor deelname aan georganiseerde intervisiebijeenkomsten.

Totale investering voor MfN-registratie

Als je alle bovenstaande kosten bij elkaar optelt, dan kom je op een initiële investering van
± € 5.549,00 om MfN-geregistreerd mediator te worden, met een jaarlijkse onderhouds-kostenpost van ongeveer € 1.000,00 voor de jaarlijkse bijdrage en de PE-punten.  Driejaarlijks is een peer review nodig, kosten € 395,00

Opleidingskosten

ADR-opleiding of mediation ervaring: toelating voor het ADR-register gebeurt aan de hand van een objectieve norm.  Je kunt dus kijken naar welke basisopleiding aansluit bij het vakgebied waar jij als mediator wil gaan werken. De kosten voor een basisopleiding ADR of mediation zijn bedragen ongeveer € 3.500,00 afhankelijk van de intensiteit van de training en het opleidingsinstituut. Full Certified mediator: Het ADR-register kent ook de mogelijkheid voor het volgen van een mentoraat. Gedurende de mentoraatsperiode van 24 maanden reflecteert de mediationprofessional samen met de mentor op uiteenlopende aspecten, zoals bedrijfsvoering, persoonlijk- en bedrijfsmatige (door) ontwikkeling, effectiviteit en kwaliteit van de eigen competenties. Onder voorwaarden kwalificeert de mentoraats-audit ook als vaardighedenaudit (praktijkexamen), zodat wordt voldaan aan dit toelatingsvereiste voor het ‘full certificeringslevel’. Je kunt het mentoraat zien als een ‘meester-leerling’ structuur waardoor een permante (leer)cyclus van vernieuwing en doorstroming ontstaat.

Aanmeldingskosten

Inschrijving ADR-register: de bijdrage voor inschrijving in het ADR-register ligt op
€ 210,00. Dit is afhankelijk van het land waarin je werkt en de eventuele specialisaties die je kiest binnen ADR. De jaarlijkse bijdrage is € 107,50

Kosten voor permanente educatie

Optionele permanente educatie: permanente educatie is vaak minder strikt vereist bij het ADR-register, en de kosten kunnen variëren, afhankelijk van je specifieke vakgebied en interesse. Als je ervoor kiest om aanvullende trainingen te volgen, kunnen de kosten ongeveer ± € 250,00 per jaar. De kosten voor het volgen van het mentoraatschap zijn afhankelijk van het opleidingsinstituut dat deze aanbiedt aan haar studenten, vaste afdracht aan het ADR-register € 75,00.

Totale investering voor ADR-registratie

De initiële kosten voor ADR-registratie zij, ongeveer ± € 4.709,00, afhankelijk van je opleidingskeuze. De jaarlijkse kosten liggen meestal rond de € 250,00 met optionele kosten voor verdere educatie als je ervoor kiest om je kennis uit te breiden. Elke 5 jaar is er een Hercertificeringsaudit voor full certified mediators.

Opleidingskosten

De kosten voor een basisopleiding tot mediator zijn gelijk aan die van de MfN en ADR
± € 3.500,00, afhankelijk van de intensiteit van de training en het opleidingsinstituut (moet wel door SRM erkend zijn). Dit omvat vaak zowel de theoretische als praktische aspecten van mediation.

Examenkosten: N.v.t..

Inschrijvingskosten

Basisregistratie: 1 jaar registratie SRM Mediator Register = Euro 55,- met jaarlijkse verlenging (Euro 35,-) .
Volledige registratie: 1 jaar registratie SRM Mediator Register = Euro 90,- met jaarlijkse verlenging (Euro 50,-)
Vermelding: 3 jaar vermelding = Euro € 75,00

Kosten voor permanente educatie en intervisie

Permanente educatie (PE-punten): om ingeschreven te blijven in het SRM-register, moet je jaarlijks een aantal uren besteden aan permanente educatie (PE). Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van cursussen en trainingen, die tussen de € 500.00 en € 1.000,00 per jaar kunnen kosten, afhankelijk van de inhoud en intensiteit van de trainingen. Permanente educatie kan bestaan uit:

• Trainingen, workshops en opleidingen van verschillende instituten;
• Deelname aan intervisieclub of groep;
• Zelfstudie;
• Terugkoppeling van tevreden klanten en succesvol verlopen mediations,

Van al deze activiteiten kan melding worden gemaakt binnen de eigen registratie in het register. Er is ook een mogelijkheid om bijvoorbeeld eenmaal per jaar een jaarverslag te maken of vaker indien gewenst. Ook kan melding worden gemaakt aan welke intervisiegroepen wordt deelgenomen.

MfN-register:

de totale investering om MfN-geregistreerd mediator te worden zijn ongeveer € 5.549,00 met een jaarlijkse kosten van ± € 750,00. Elke 3 jaar is een Peer review verplicht, deze kosten zijn € 395,00.

ADR-register:

de totale kosten om ADR register mediator te worden zijn ongeveer € 4.709,00  met een jaarlijkse kosten € 567,50 . Elke 5 jaar is een Audit verplicht, deze kosten zijn: afdracht aan het ADR register € 75,00 + kosten auditor (afspraak tussen auditor en mediator).

SMR-register:

de kosten van het SRM-register zijn lager dan het ADR en MfN, met een initiële investering van ongeveer € 3.500 en jaarlijkse kosten van ongeveer € 500,00 voor registratie en PE.

In het kort:

het MfN-register vereist een grotere financiële investering en handhaaft een eigen kwaliteitsborging en erkenning. Het ADR-register is minder duur en flexibeler, wat aantrekkelijk kan zijn voor professionals die zowel nationaal als internationaal willen werken. Bredere erkenning van werkzaamheden. Ook ADR-professionals die werken buiten de justitiële keten, of bewust niet op toevoeging willen werken, kunnen een ADR-certificering overwegen. Een SRM-registratie is laagdrempeliger maar zegt niets over of de deskundigheid van de mediator ook objectief d.m.v. toetsing is vastgesteld.

In dit kader moeten wij nog melding maken van een ander registratie/register t.w.: vFas. vFas richt zich uitsluitend op advocaat/mediator scheidingsbemiddelaars en hanteert eigen opleidings- en onderhoudseisen met de daarbij horende kosten. Lidmaatschap van de vFas staat open direct na het voltooien van de beroepsopleiding van de advocatuur. Het onderdeel specialisatie familierecht is verplicht. De Raad voor Rechtsbijstand beheert een eigen ‘registratie’ van mediators die zaken doen onder het stelsel gefinancierde rechtsbijstand. Zo zijn er ook andere overheidsinstellingen die met eigen lijsten van ‘aangesloten’ mediators werken.

Bron vermelding prijzen per 30-9-2024
Alle gemelde bedragen zijn te vinden op de website van de MfN: klik hier
Op de website van Intop: Klik hier
Op de website van het ADR-register: Klik hier
Op de website van het SRM register: Klik hier
Alle genoemde bedragen zijn exclusief btw of vrijgesteld van btw

Salve Omissione et Errare of te wel: onder voorbehoud van omissies en vergissingen.

“Ongeacht waar een mediator professional ge-registreert of gecertificeerd is, voor iedereen geldt: voor je klanten sta je in een register, voor je belangenvertegenwoordiging ben je lid van de NMv.”